Van 9 tot en met 15 maart 2020 is de Nationale Week Zonder Vlees. Een mooi initiatief om je standaard portie vlees eens te vervangen voor een plantaardige optie. Maar wat moet ik dan kopen, en waar let ik op?
Vleesvervangers
Het vegetarische vak in de supermarkt is de laatste jaren enorm gegroeid. Van vegetarische burgers tot kipstuckjes, worsten en vegetarisch gehakt er is keus genoeg. Je zou denken dat plantaardig eten nu een makkelijke keuze is, want het aanbod is gigantisch. Daarnaast is de smaak en textuur ook flink verbeterd ten opzichte van een aantal jaar geleden. Toch is niet elke vleesvervanger een gezonde keuze.
Criteria
Een goede vleesvervanger voldoet aan verschillende criteria (opgesteld door het voedingscentrum). Deze criteria zijn opgesteld zodat je geen tekorten kunt oplopen in voedingsstoffen als je regelmatig geen dierlijke producten eet.
- Eiwit 20% van de hoeveelheid energie (kcal)
- Verzadigd vet: ≤ 2,5 g/100 g
- Zout: ≤ 1,1 g/100 g
- Geen toegevoegd suiker
- Voldoende ijzer: ≥ 0,8 mg/100 g
- Voldoende B12: ≥ 0,24 mcg/100 g en/of
- Voldoende B1: ≥ 0,06 mg/100 g
Het grootste deel van de vleesvervangers voldoet niet aan deze eisen. Kant en klare vleesvervangers leveren ook niet dezelfde gezondheidsvoordelen als vleesvervangers die onbewerkt zijn zoals tempé, tofu, ei en peulvruchten. Vleesvervangers als burgers, worstjes en gehakt vallen eigenlijk ook onder de bewerkte voedingsmiddelen.
Conclusie
Als je 1-2 keer in de week je stukje vlees wilt vervangen voor een vleesvervanger, maak je wel een gezondere en zeker een duurzame keuze. Vooral als je mee wilt doen met de week zonder vlees en verder nog nooit bewust bezig bent geweest met vegetarisch eten, zijn vleesvervangers een mooi alternatief. Als je regelmatig dierlijke producten eet, hoef je er ook niet zo op te letten of er ijzer, B1 en B12 in je vleesvervangers is toegevoegd. Voor vegetariërs en veganisten is dit wel van belang.
